Wol & Co herhaling van het motief stekenbieb

Herhaling van het motief

Herhaling van het motief? Hoe zit dat eigenlijk. Laatst kregen we die vraag van één van onze lezers. Het was hem niet helemaal duidelijk hoe dat nou precies werkt met de herhalingen in onze steken bieb. Zo ingewikkeld is het gelukkig niet, maar dat is natuurlijk pas als je het weet.

Wol-Co-ajour-blaadjes

Herhaling in het breischema

In breischema’s wordt een herhalingskader gebruikt, zodat je als ontwerper niet een heel pand of een hele sjaal uit hoeft te tekenen. Het is genoeg om het motief één keer te tekenen en aan te geven waar het herhaald moet worden.

Op twee plaatsen

Op twee plaatsen kom je de herhaling tegen: in het breischema en in de uitgeschreven tekst van het motief. Eerst vertellen we hoe het precies zit bij het breischema.

1. Breischema

Kijk eens naar het schema hieronder. De steken en toeren binnen het blauwe kader vormen de herhaling. Het werkt zo:

Wol-Co-Blaadjes-breischema

De steken 1 t/m 4 zijn kantsteken. Die steken maak je om het motief mooi te krijgen. Hier zijn ze in het motief gebreid, maar je kunt ze ook gewoon recht breien.

Motiefsteken

De steken 5 t/m 12 zijn de motiefsteken. Die steken brei je t/m 12, als je dan nog meer motieven ernaast wilt hebben, dan brei je weer steek 5 t/m 12. Steek 5 t/m 12 herhaal je tot je 6 steken voor het einde van de toer bent en dan brei je steek 13 t/m 17.

Wol & Co herhaling van het motief kantsteken

Kantsteken

Kantsteken komen in soorten en maten voor. Wil je de kantsteken in het motief breien, dan doe je precies wat de instructie zegt. Hier is dat :

Zet een veelvoud van 8 steken plus 10 steken op.

Die ‘plus 10 steken’ zijn de kantsteken; rechts zijn 4 kantsteken en links zijn 6 kantsteken. Daartussen brei je X keer het aantal motiefsteken (8).

Ribbel of gerstekorrel

Je kunt er ook voor kiezen om de kantsteken in een ribbel of gerstekorrel te breien. Dan zet je gewoon het aantal kantsteken op dat jijzelf mooi vindt. De rand van je breiwerk ziet er dan uit zoals hierboven.

Mari shawl in Shetland kant

Uitgeschreven instructie

De uitgeschreven instructie zegt nog eens in woorden, wat er in tekens in de teltekening staat. Ook voor de geschreven versie van het patroon wil je een zo compact mogelijke uitleg, anders zie je door de bomen het bos niet meer. Kijk eens naar de sjaal hierboven. Het is steeds hetzelfde motief, dus dat kan prima met een herhaling opgeschreven worden.

Herhaling en kantsteek in geschreven tekst

Ook in de geschreven werkwijze moeten de kantsteken natuurlijk verwerkt zijn. Toer 1 van bovenstaand motief zien er uitgeschreven zo uit:

Tr. 1 (GK): 1 r., 1 omsl., 2 r., * NDM, 2 r., 1 omsl., 1 r., 1 omsl., 2 r.; herh. vanaf * en eindig met NDM, 2 r., 1 omsl, 1 r.

De toer beter bekeken

Toer 1 begint met 4 kantsteken, dan staat er een asterisk (sterretje).

Bij dat sterretje begint je motief. Dat motief brei je, totdat er staat: herhaal vanaf *.

Je gaat dan terug in de regel en breit alles na het *.

Ben je 6 steken voor het einde van de toer, dan brei je door na de tweede ster. Dan brei je nog een NDM, 2 r., 1 omsl., 1 r.

Het is dus belangrijk om eerst even de hele toer door te nemen, voordat je gaat breien. Zo weet je precies waar je op moet letten.

Het motief in de hoogte herhalen.

Zoals je in de teltekening ziet, heb je na 12 toeren een heel motief gemaakt. Wil je verder breien in patroon, dan begin je weer bij de eerste toer van de herhaling in de teltekeing. Hier is dat gewoon toer 1, maar dat is niet altijd zo. Kijk maar eens naar het breischema hieronder.

Starten boven de boord

Stel je breit een kabeltrui. Dan begint de kabel boven de boord. Maar als je meteen de steken gaat kruizen, dan wordt je boord een beetje rommelig en vervormd. Om het motief van deze kabel mooi te krijgen, heb je dan eerst een ‘aanloopje’ nodig.

Het aanloopje

Het aanloopje zit ‘m in de extra toeren 1 en 2 waarmee je begint. Ben je eenmaal bij toer 16, dan heb je die aanloop niet meer nodig en herhaal je vanaf toer 3. Hier geldt dus ook dat je eerst even alles moet lezen voordat je aan de gang gaat.

Wol & Co steekmarkeerders

Tip: gebruik steekmarkeerders

Als je een moeilijk motief breit dat je steeds moet herhalen, is het handig om tussen de verschillende motieven een steekmarkeerder op de pen te plaatsen. Zo weet je precies waar je motief begint en eindigt. Een bijkomend voordeel is dat je gemakkelijk bij kunt houden of je stekenaantallen nog kloppen.

Draad 5 en Werkdraad 2

Tenslotte

Je ziet dat zo’n herhaling eigenlijk best logisch werkt. Het moet je alleen even een keer verteld zijn. Wil je meer weten over breitechnieken? Dan zijn onze boeken en magazines een aanrader en vergeet niet om af en toe in de stekenbieb te kijken.