De rechte steek is één van de twee basissteken waarmee je alle andere steken en patronen kunt breien. In Draad 1 breien – de basics leggen we uit hoe recht breien moet, onderstaande video’s zijn ondersteunend en daarom ook zonder tekst. We laten je eerst twee manieren van recht breien zien met de draad in de rechterhand. Daarna zie je hoe je de draad met de linkerhand vasthoudt. Het is goed om meerdere methodes aan te leren, dan kun je nog eens afwisselen om eventuele brei-blessures te voorkomen. Brei eerst eens een paar proeflapjes en let vooral goed op je draadspanning, brei niet te los en ook niet te strak!

In Draad!1 vind je ook een aantal leuke projecten die je van (proef)lapjes kunt maken, zo oefen je je breitechniek én breit gelijk wat leuks.

Recht breien

Je legt de draad over je rechter wijsvinger en slaat zo de draad om. De draad wikkel je bijvoorbeeld om je pink of een andere vinger om een beetje draadspanning te krijgen.

 

Recht breien 2 – gooien

Je pakt de draad telkens met je rechterhand en slaat hem om. Ook hier moet je goed opletten dat je steeds dezelfde draadspanning houdt.

 

Recht breien 3 – draad aan de linkerkant

Je legt de draad over je linker wijsvinger en pikt de draad met de punt van de rechternaald op. Je rechterhand hoeft met deze manier veel minder te bewegen, dat scheelt weer.