Deze rastersteek is een leuke steek om diepte aan je breiwerk te geven. Je kunt hem ook goed gebruiken voor het doorbreken van een ongewilde clustering ofwel pooling in zelfstrepend garen.

Hier wordt het schema gegeven voor een symetrisch raster. Wanneer je de draad van de afgehaalde steken niet precies in het midden oppakt, kun je een asymetrisch motief maken.

Deze steek heeft een veelvoud van 6 nodig. Als je plat breiwerk maakt, moet je rekening houden met kantsteken.

Je breit de rastersteek zo:

Voordat je de rastersteek gaat maken brei je een voorbereidingstoer. Dit is een averechte toer in plat breiwerk en een rechte toer in rondbreiwerk.

Tr. 1: *1r., draad naar voren, 5 st. av.afh., herh. vanaf *.

Tr. 2: alle st. r.

Tr. 3: *3 r., pak met de rechternld. de draad van de afgeh. st. op en brei ‘er onderdoor’ de steek op de linkernaald r., 2 r., herh. vanaf *.

Tr. 4: zoals tr. 2.

Tr. 5: 4 r., draad naar voren, 5 st. av.afh., *1 r., draad naar voren, 5 st. av.afh.,  herh. vanaf *.

Tr. 6: zoals tr. 2.

Tr. 7: 6 r., *pak met de rechternld. de draad van de afgeh. st. op en brei ‘er onderdoor’ de steek op de linkernaald r., 5 r., herh. vanaf *.

Tr. 8: zoals tr. 2.

Herhaal tr. 1 t/m tr. 8

Dit proeflapje is gebreid van Nalle Taika.